De drie veren

De drie veren
Auteur gebroeders Grimm
Originele titel Die drei Federn
Origineel gebundeld in Kinder- und Hausmärchen
Uitgiftedatum 1812
Land Duitsland
Genre sprookje
Portaal  Portaalicoon   Literatuur

De drie veren is een sprookje, opgetekend door de gebroeders Grimm in hun Kinder- und Hausmärchen als KHM63. De oorspronkelijke naam is Die drei Federn.

Synopsis

Leeswaarschuwing: Onderstaande tekst bevat details over de inhoud of de afloop van het verhaal.

Een koning heeft drie zonen, twee slimme en de derde is onnozel en wordt Domoor genoemd. De koning weet niet wie het rijk zal moeten erven en laat zijn zonen een fijn tapijt zoeken. Degene met het fijnste tapijt zal koning worden. Hij blaast drie veren in de lucht en de zonen moeten deze volgen. Eén veer gaat naar het oosten, de ander naar het westen en de derde gaat rechtuit en valt al snel op de grond. Domoor blijft en de andere broers gaan op weg. Dan ontdekt Domoor een valluik en gaat een trap af, hij klopt op een deur en hoort:

Meisje groen, meisje kleen, Rimpelbeen, Rimpelbeen haar hondje, Rimpel rimpel vroeg of laat, ga gauw kijken wie daar staat

Dan gaat de deur open en hij ziet een dikke pad met vele padjes om zich heen. Hij vraagt om het mooiste tapijt en hoort hetzelfde versje. Het kleine padje haalt een doos en de dikke pad maakt het open. Zo mooi kan niemand op aarde weven en de jongen bedankt de pad. De andere jongens grijpen een herdersvrouw en nemen de grove omslagdoek af. Ze komen tegelijk bij de koning aan en deze ziet dat Domoor het koninkrijk zal erven.

De andere broers smeken om andere voorwaarden en dan laat de vader de mooiste ring halen. Hij pakt opnieuw drie veren en de jongens gaan op pad, de dikke pad laat een mooie ring met edelstenen halen. De broers komen weer bij de koning en de oudste nemen een oude wagenring mee. Opnieuw vragen ze om andere voorwaarden en dan laat de koning de mooiste vrouw zoeken. De pad gaat naar een uitgeholde raap met zes muisjes ervoor en laat er een van haar padjes in plaatsnemen.

Dan verandert het padje in een beeldschone dame, de raap wordt een koets en de muisjes veranderen in paarden. De jongen kust haar en ze gaan naar de koning. De broers hebben een boerenmeid meegenomen en de koning zegt dat de jongste zijn rijk zal erven. De oudste broers zeggen dat ze dit niet toestaan en eisen dat degene zal winnen, wiens vrouw door een ring kan springen. De boerenmeiden springen inderdaad door de ring, maar breken hun armen en benen. Dan springt de mooie dame door de ring als een ree en de jongen krijgt de kroon.

Achtergronden bij het sprookje

· · Sjabloon bewerken
  A · B · C · D · E · F · G · H · I · J · K · L · M · N · O · P · Q · R · S · T · U · V · W · X · Y · Z  
A:Assepoester · De anjer · De arme en de rijke · De arme jongen in het graf · De arme molenaarsknecht en het katje · Het aardmanneke ·
B:Berenpels · Bontepels · Broertje en zusje · Bruidskeuze · De bijenkoningin · De boden van de dood · De boer en de duivel · De Bremer stadsmuzikanten · De broodkruimels op de tafel · De bruiloft van vrouw Vos · De dood als peet · Het blauwe licht · Het boerke · Het boerke in de hemel · Het boshuis ·
D:De dood van het hennetje · De dorsvlegel uit de hemel · De drie broers · De drie gelukskinderen · De drie handwerksgezellen · De drie heelmeesters · De drie luiaards · De drie mannetjes in het bos · De drie slangenbladeren · De drie spinsters · De drie talen · De drie veren · De drie vogeltjes · De drie zwarte prinsessen · De duivel en zijn grootmoeder · De duivel met de drie gouden haren · De duur van het leven · Dokter Weetal · Doornroosje · Duimendik · Duimpje de wereld in · Het dappere snijdertje · Het doodshemdje ·
E:Eenoogje, tweeoogje en drieoogje · Eva's ongelijke kinderen · Het eigenzinnige kind · Het ezeltje ·
F:Frieder en Katherliesje ·
G:De ganzenhoedster · De ganzenhoedster aan de bron · De gauwdief en zijn meester · De geest in de fles · De geschenken van het kleine volkje · De gestolen duit · De glazen doodskist · De goede ruil · De gouden gans · De gouden sleutel · De gouden vogel · De goudkinderen · De Grafheuvel · De groente-ezel · Gelukkige Hans · Het gedierte van de Heer en de Duivel · Het gespuis ·
H:De haas en de egel · De hanenbalk · De hazelaar · De heldere zon brengt het aan het licht · De hemelse bruiloft · De hoefnagel · De hond en de mus · De huishouding · Hans en Grietje · Hans viert bruiloft · Hans-mijn-egel · Hazekebruid · Het herdersjongetje · Het huishouden van kat en muis ·
I:De ijzeren kachel · IJzeren Hans ·
J:De jonge reus · De jood in de doornstruik · Jonkvrouw Maleen · Jorinde en Joringel ·
K:De kabouters · De kikkerkoning · De kleermaker in de hemel · De koning van de gouden berg · De koningszoon die nergens bang voor was · De korenaar · De kristallen bol · Het kind van Maria · Klitten · Klosje, schietspoel en naald · Knappe Elsje · Knoest en zijn drie zonen · Koning Lijsterbaard ·
L:De laarzen van buffelleer · De luie spinster · Het lammetje en het visje · Het leugensprookje uit Ditmar · Lief en leed samen delen · Luie Hein · Luisje en Vlootje ·
M:De maan · De meesterdief · De mus en zijn vier kinderen · Het mannetje dat jong gegloeid werd · Het meisje zonder handen · Het meiske van Brakel · Het mooie Katrinelletje en Pief Paf Poltrie · Magere Liesje · Meester Priem · Meneer Korbes · Met z'n zessen de hele wereld rond ·
O:De ondankbare zoon · De oude bedelares · De oude grootvader en zijn kleinzoon · De oude Hildebrand · De oude Rinkrank · De oude Sultan · De oude vrouw in het bos · Op reis gaan ·
P:De peetoom ·
R:De raaf · De raap · De ransel, het hoedje en het hoorntje · De rattenvanger van Hamelen · De reus en de kleermaker · De roerdomp en de hop · De roetzwarte broer van de duivel · De roversbruidegom · Het raadsel · Raadselsprookje · Raponsje · Repelsteeltje · Roodkapje ·
S:De schol · De schrandere knecht · De sterrendaalders · De stukgedanste schoentjes · Het snuggere snijdertje · Het sprookje van Luilekkerland · Simeliberg · Slangensprookje · Slimme Grietje · Slimme Hans · Sneeuwwitje · Sneeuwwitje en Rozerood · Speelhans · Sprookje van iemand die erop uittrok om te leren griezelen · Sterke Hans · Strohalm, kooltje vuur en boontje ·
T:De trommelslager · De trouwe Johannes · De twaalf broeders · De twaalf jagers · De twaalf luie knechten · De twee gebroeders · De twee koningskinderen · De twee reisgezellen · Tafeltje dek je, ezeltje strek je en knuppel uit de zak · Trouwe Ferdinand en Ontrouwe Ferdinand ·
U:De uil ·
V:De verstandige boerendochter · De verstandige lieden · De vier kunstvaardige broers · De volleerde jager · De vos en de ganzen · De vos en de kat · De vos en de moeder van zijn petekind · De vos en het paard · Van de visser en zijn vrouw · Van de wachtelboom · Van het muisje, het vogeltje en de braadworst · Vleerkens vogel · Vogel Grijp · Vondevogel · Vrijer Roland · Vrolijke Frans · Vrouw Holle · Vrouw Trui ·
W:De ware bruid · De waternimf · De waternimf in de vijver · De witte slang · De witte en de zwarte bruid · De wolf en de mens · De wolf en de vos · De wolf en de zeven geitjes · De wonderlijke speelman · Het water des levens · Het winterkoninkje · Het winterkoninkje en de beer ·
Z:De zes dienaren · De zes zwanen · De zeven Zwaben · De zeven raven · De zingende springende leeuwerik · De zoete pap · Het zingende botje ·